Verplichting energielabel, wanneer?

Het energielabel is verplicht bij de oplevering, verkoop of verhuur van utiliteitsgebouwen, zoals kantoren, scholen, horeca, sporthallen en ziekenhuizen.

Heeft u vragen over het Energielabel voor utiliteitsbouw of heeft u een Energielabel nodig? Bel: 036-5344005
TDS Engineering heeft veel ervaring in het opstellen van Energie Certificaten, is Erkend Deskundige en is energie adviseur met het BRL9500-certificaat voor de delen 00 (Algemeen) en 03 (Utiliteit bestaand).
TDS stelt voor makelaars, vastgoed eigenaren en ook particulieren het Energielabels op.

contact_button_klein_links

Welke utiliteitsgebouwen (delen) zijn energielabelplichtig?

Een utiliteitsgebouw moet op een mutatiemoment (verkoop, verhuur of oplevermoment) voorzien zijn van een energielabel. Het energielabel is verplicht bij gebouwen met de volgende gebruiksfuncties of een combinatie van deze gebruiksfuncties: kantoor, gezondheidszorg (klinisch en niet-klinisch), bijeenkomst, onderwijs, sport (verwarmd en matig verwarmd), logies, cel en winkelfunctie. Uitzonderingen hierop zijn:

Het is wel toegestaan om, als er een van de eerdere genoemde labelplichtige gebruiksfuncties aanwezig is, van de hierboven genoemde uitzonderingen een energielabel op te stellen, het is echter geen verplichting.

Gebouwen met alleen een industriefunctie zijn ook niet verplicht om in geval van een mutatie een energielabel te hebben. Gebouwen waarin naast de industriefunctie ook een andere wel energielabelplichtige gebruiksfunctie aanwezig is, geldt alleen een verplichting voor de labelplichtige delen als het gebruiksoppervlakte van het labelplichtige deel (of combinatie van de gezamenlijke labelplichtige gebruiksfuncties) groter is dan 50 m2. De kantoren van 40 m2 (gezamenlijk gebruiksoppervlakte) in een industriehal zijn dus niet labelplichtig. Het kantoor- en een onderwijsfunctie (gezamenlijk gebruiksoppervlakte kantoor- en onderwijsfunctie van 55 m2) in of bij een industriegebouw zijn wel labelplichtig.

Hieronder worden een aantal voorbeelden gegeven van de verschillende voorkomende ruimten in een gebouw en tot welke gebruiksfunctie deze ruimten behoren en of ze daarmee labelplichtig zijn. In tabel 2 zijn er nog meer voorbeelden gegeven van de verschillende gebruiksfuncties.

 Monumenten zoals bedoeld in de monumentenwet of in de provinciale of gemeentelijke monumenten verordening;

 alleenstaande gebouwen met een gebruiksoppervlakte kleiner dan 50 m2;

 een gebouw dat in gebruik is voor erediensten en/of religieuze activiteiten (kerk en/of moskee);

 een gebouw dat onteigend is en vervolgens wordt gesloopt;  een tijdelijk gebouw met een gebruiksduur van maximaal 2 jaar;

 een gebouw waar geen energie gebruikt wordt om het binnenklimaat te regelen (trekkershut of gite).

contact_button_klein_links

terug